Onze reis stond al even gepland. Een maand backpacken door Maleisië en Thailand. Toen het zover was, was ik ruim vier maanden zwanger. Daar hadden we niet op gerekend. Bezorgde oma’s in spe en allerlei websites drongen aan op een goede voorbereiding. Ik moest zeker geen broekhoest of knokkelkoorts krijgen. En al zeker niet in een lokaal ziekenhuis belanden, waar de gemiddelde arts zijn bevoegdheid bij een bakje bami met ei krijgt. Ik sloeg 68 doosjes Norrit en 64 flesjes maagzuurremmers in. Als het moest kon ik een jaar lang aan de voor- en achterkant leeglopen. Alle goedkope hostels werden omgeboekt naar 5-sterrenresorts. En ik besloot dat mijn man mijn backpack-XL moest dragen. Ik droeg ons kind immers. En in Bangkok was het bovendien 40 graden. In Nederland zweette ik al als een varken. Hormonen zijn bitches.

Vleeskleurige rollades

Eén van de goedbedoelde adviezen was, dat ik tijdens de lange vlucht steunkousen moest dragen. Blablabla…iets met vocht en zwelling en een verminderde afvoer. Je kent ze wel, huidkleurige granny panties. Het dagelijkse portie horror van menig thuiszorgmedewerkster. Anyway, ik scoorde ze braaf bij de ANWB. Maatje S. Lekker strak om mijn kuiten, stevig gevormd door 20 jaar fanatiek voetbalspel. Na een 12 uur durende vlucht landden we in Kuala Lumpur. Bij het eerste toilet verruilde ik mijn skipak voor een zwierig zomerjurkje. Zonnetje, kom maar op! Terwijl we de lange weg naar de douane lopen zie ik mensen vreemd kijken. Ik zie spleetoogjes schuchter richting mijn benen gaan. Eeuh, ik had die vleeskleurige rakkers toch uitgetrokken? Ik wierp een blik naar beneden. Ze waren dan wel uit, maar ik had ze een soort van nog aan. De kousen stonden in mijn benen afgedrukt. Vocht en zwelling all over te place. Alsof mijn bovenlichaam werd gedragen door twee rauwe rollades. Alleen waren de touwtjes eraf. Boos stootte ik mijn man aan. ‘Waarom zei je niets!’. Maar met een gigantische backpack aan de voor- én achterkant van zijn lijf had hij het net zoveel zicht als Stevie Wonder.

Voetzoekers boeren

Wat een gave, onvergetelijke reis! Het ene moment liepen we in een indrukwekkende wereldstad, het andere moment voeren we met een bootje door de oudste jungle ter wereld. We bezochten nederzettingen uit de VOC-tijd en struinden musea af overdonderd door de prachtige cultuur. We vlogen naar Thailand en hopten van het ene warme, tropische eiland naar het andere. Het eindstation was Bangkok, met al zijn spannends en moois. En wat voelde ik mij goed! Fantastisch zelfs! Van een zwangerschap was niets of in ieder geval weinig te merken. Oké dan. Op wat maagzuur na, ondanks de vele liters Gaviscon. De hele reis moet ik naar lekkend accuzuur hebben geroken. Hoe ik ook mijn best deed om uit te leggen ‘not spicy for me, please’. Ik kreeg de volle mep pepers. Als ik een boer liet, kwam er een sissende voetzoeker uit. Misschien was ik ook wat emotioneel en gevoelig voor het leed dat onderweg weleens op ons pad kwam. Het is dat onze backpacks vol zaten, en mijn man bijna door zijn hoeven ging, anders waren we met Ling Ling en Ping Ping thuisgekomen. Naarmate de reis vorderde, steeg mijn hormoonspiegel verder. Ik kan mij een avond herinneren dat ik een geëmotioneerd gesprek had met een lady boy. Ik ging zo op in zijn, ik bedoel háár verhaal dat ik besloot bij thuiskomst ook een geslachtsverandering te ondergaan. Uit principe. Gelukkig wees mijn man mij op onze zwangerschap.

‘Tlut’

Tijdens de reis ontging het mij niet dat ik een grote, lompe olifant leek in vergelijking met de tengere, fraaie Aziatische vrouwen. Je kon nog niet goed zien dat ik zwanger was. Ik was gewoon wat dikker. Mijn gewaardeerde zandloperfiguur was in ieder geval verdwenen. In al mijn hippe, leuke zomerkleding zag ik eruit als een rechthoek. Als een pennywafel. In bikini had ik veel weg van Spongebob. Alleen heeft hij nog kleur op zijn lichaam. Dat had ik niet. Uit angst voor een zwangerschapsmasker had ik al die weken vooral onder een parasol gelegen. Spongebob heeft bovendien slanke benen. Ook dat had ik niet. Ik liep op Duitse bockworsten, zoals u zich misschien nog kunt herinneren… In Bangkok waren we in een curiosawinkeltje om wat souvenirs voor het thuisfront te kopen. Ik zocht ook iets voor de babykamer. ‘Plesent?’, vroeg de winkelmedewerkster. In mijn beste Engels legde ik haar trots uit dat ik zwanger was en dat het ‘plesentje’, een beeldje, voor mijn kindje was bedoeld. ‘You get girl!’, zei de medewerkster enthousiast. Verrast vroeg ik haar om uitleg. ‘In Thailand we believe that baby-girl steals beauty flom mother’. Aaah gohsie, het beeld van een mooie dochter trok aan mij voorbij. Toen ik echter in de fietstaxi richting hotel er nog eens over nadacht, baalde ik ervan dat ik het antieke beeldje niet had gebruikt om het fijne hoofdje van de medewerkster in te slaan. Ze was zelf lelijk. Tlut!

Het gezicht van een engel

Het antieke beeldje staat op het kamertje van mijn dochtertje, die 3,5 maand na de geweldige reis in alle gezondheid werd geboren. Het beeldje roept goede herinneringen op, iedere keer als ik er naar kijk. En inderdaad, mijn dochter is prachtig. Beeldschoon zelfs. Blond haar en blauwe ogen. Ze heeft het gezicht van een engel. Al zeg ik het zelf. Die tlut uit het winkeltje had dus gelijk.

Liza Blog

Ik ben Liza. Dertiger en trotse moeder van een dochter. Ik schrijf graag. Het liefst over bijzondere mensen en dingen die mij opvallen of verbazen. Ik schrijf korte verhaaltjes met een dikke knipoog en gezonde zelfspot. Het moederschap is een leuke inspiratiebron. 

 

 

 

Beeld: Pinterest